Cannabicyclol (CBL) is een weinig onderzochte fytocannabinoïde die voorkomt in cannabisplanten. Er is weinig bekend over CBL en zijn medische toepassingsmogelijkheden. Onderzoek naar CBL is meestal gericht op de structuur en biosynthese van de molecule. De weinige onderzoeken naar medische toepassingen hebben geen veelbelovende resultaten opgeleverd.
Cannabicyclol (ook bekend als CBL) is een van de minst bestudeerde fytocannabinoïden van de cannabisplant. Tot dusver heeft er nog geen biomedisch onderzoek plaatsgevonden naar CBL of zijn geneeskundige toepassingen. Wel hebben wetenschappers CBL geïdentificeerd als een bestanddeel van de cannabisplant en de biosynthese daarvan, maar onderzoek naar de manieren waarop het mensen beïnvloedt, is nog niet uitgevoerd.
Structuur en eigenschappen van de CBL-molecule
De moleculaire formule van CBL is C21H30O2, en is identiek aan die van veel andere cannabinoïden, zoals THC, CBD, CBC en CBG. Al deze moleculen hebben echter kleine verschillen in de manier waarop hun atomen zijn gerangschikt, waardoor er belangrijke verschillen in effect ontstaan.
CBL verschilt van THC doordat de CBL-molecule geen dubbele bindingen bevat. Omdat CBL helemaal geen dubbele bindingen heeft, heeft CBL geen psychoactief potentieel. Voor zover bekend heeft het geen affiniteit met de cannabinoïdereceptoren.
CBL in de cannabisplant
CBL komt voor als decarboxyleringsproduct van cannabicyclolzuur (CBLA-C 5 A).
CBL werd aangetroffen in een zeer oud cannabismonster dat werd ontdekt in een Chinese graftombe en dat uit ongeveer 2700 v.Chr. stamt. In dit monster waren CBN een CBL respectievelijk de twee grootste bestanddelen. De CBD-niveaus waren veel lager en er kon geen THC worden waargenomen (hoewel de aanwezigheid van CBN en andere metabolieten aangaf dat het THC-gehalte ooit hoog was geweest).
Het medische potentieel van CBL
Er is zeer weinig bekend over de medische mogelijkheden van CBL. Het is tegelijk met een aantal andere cannabinoïden onderzocht als potentiële remmer van de productie van prostaglandinen (stoffen die hormoonachtige effecten hebben, zoals het regelen van gelijkmatige spiercontractie). CBL bleek van alle onderzochte stoffen echter het minst biologisch actief te zijn.
In een onderzoek bij konijnen uit 1976 bleek dat toediening van CBL geen effect had bij een dosering van 1 mg/kg, maar bij een dosering van 8 mg/kg bleek het stuiptrekkingen te veroorzaken en dodelijk te zijn. CBL werd echter aan slechts twee konijnen toegediend en het effect trad op bij een van hen. Meer onderzoek naar CBL is dus noodzakelijk.
- Disclaimer:Dit artikel kan niet ter vervanging worden gebruikt voor professioneel medisch advies, een diagnose of behandeling. Neem altijd contact op met uw arts of andere bevoegde deskundigen. Stel het vragen van medisch advies niet uit en negeer medisch advies niet naar aanleiding van wat u heeft gelezen op deze website.