De top 5 voordelen van cannabis bij hiv/aids

Een persoon met een hiv/aids -lint en een cannabisplant in een pot

Van medicinale marihuana is bekend dat het de symptomen van hiv/aids-patiënten effectief verlicht. Het pijnstillende en braakremmende effect is slechts een reden waarom veel hiv-patiënten cannabis gebruiken. Ook indirecte effecten, zoals een gezonde eetlust opwekken, kunnen nuttig zijn. Hoe doet cannabis dit? Hier volgt wat onderzoeken tot nu toe zeggen.

Met hiv/aids wordt een aantal aandoeningen aangeduid die door het humaan-immunodeficiëntievirus (hiv) worden veroorzaakt. In 2018 waren ongeveer 37,9 miljoen mensen wereldwijd besmet met het hiv-virus en alleen al in de VS werd de ziekte in 2017 bij 39.000 mensen vastgesteld. Aids heeft ongeveer 32 miljoen sterfgevallen veroorzaakt sinds de start van de epidemie en in 2018 stierven rond de 770.000 mensen aan de ziekte.

Bij hiv/aids kunnen vele symptomen en gezondheidsproblemen de kop op steken. Er is dus niet alleen enorme behoefte aan geschikte geneesmiddelen, maar ook aan behandelingen om de symptomen te verlichten. Hoewel het de ziekte niet geneest, is van cannabis aangetoond dat het uitzonderlijk effectief is bij de behandeling van verschillende belangrijke symptomen van hiv/aids.

1. THC kan helpen om de eetlust op te wekken

Verlies van eetlust wordt vaak gemeld door mensen met hiv, terwijl het belangrijk is dat ze geen gewicht verliezen. Wanneer verlies van eetlust een probleem wordt, kan met cannabis de eetlust verbeterd worden.

Uit een onderzoek uit 2005 onder 523 hiv-positieve patiënten bleek dat 143 ondervraagden (27%) hun symptomen met cannabis onder controle hielden. Een overgrote meerderheid (97%) van deze groep gaf aan dat de eetlust verbeterde.

Een man die noedels eet met een vork aan tafel

In 2007 werd een dubbelblind onderzoek naar de effecten van gerookte cannabis en orale dronabinol  gedaan. Dronabinol is een synthetische vorm van THC. Uit dit onderzoek bleek dat vergeleken met een placebo zowel cannabis als dronabinol op een dosisafhankelijke manier de calorie-inname verhoogden bij hiv-positieve cannabisgebruikers.

Uit recent onderzoek (2018) blijkt dat cannabisdamp, dat wordt gebruikt om de gangbare manier van cannabisgebruik te simuleren, zorgt voor meer frequente maaltijden, hoewel ze wel kleiner zijn. Toen het bij laboratoriumratten werd gebruikt, zette het hen aan tot eten, ondanks het feit dat ze net gegeten hadden. Er wordt dus gedacht dat de cannabis op de een of andere manier de eetlustsensoren van de hersenen een hongergevoel laat opmerken.

Tijdens een onderzoek uit 2017 was de voedselinname bij iedereen gemiddeld 404 kcal, maar de verdeling van de voedingsstoffeninname veranderde aanzienlijk door cannabis en dronabinol. Wanneer een patiënt de placebo kreeg, haalde hij 51% van zijn voedingsstoffen uit koolhydraten, 36% uit vet en 13% uit eiwitten. Wanneer hij echter dronabinol of cannabis kreeg veranderde dit:

  • Dronabinol – de vetconsumptie nam toe tot 40%, terwijl de consumptie van koolhydraten afnam.
  • Cannabis – de eiwitconsumptie daalde tot 11%, terwijl de vetconsumptie meestal toenam.

Bij toediening van een hoge dosis cannabis en dronabinol nam het lichaamsgewicht van de patiënt ook aanzienlijk toe. Bij gebruik van een placebo was het gemiddelde gewicht van de proefpersonen 77,5 kg. Na vier dagen cannabis waren de patiënten 1,1 kg aangekomen en na vier dagen dronabinol 1,2 kg.

2. Misselijkheid verlichten met cannabis

Misselijkheid is een veelvoorkomend symptoom van een hiv-besmetting. Met het vorderen van de ziekte kunnen de oorzaken van de misselijkheid steeds ingewikkelder worden. Misselijkheid kan ontstaan door problemen in het maagdarmkanaal, een hepatorenale stoornis, een aandoening van het centrale zenuwstelsel of door een behandeling van de ziekte.

Een vrouw met misselijkheid die boven de wc -bril staat

Het is bekend dat cannabinoïden en bepaalde synthetische analogen de symptomen van misselijkheid bij hiv/aids-patiënten kunnen tegengaan. Cannabidiol vermindert overgeven en misselijkheid door indirect een specifieke serotoninereceptor in de nucleus raphes dorsalis te activeren (een bepaalde locatie op de middellijn van de hersenstam).

Sterker nog, de THC-analoog dronabinol is goedgekeurd door de Amerikaanse Food & Drug Administration (voedsel- en medicijnenautoriteit) voor de behandeling van misselijkheid en verlies van eetlust bij kanker en hiv. In 1995 werd een vroeg onderzoek gepubliceerd naar dronabinol als behandeling voor door aids veroorzaakte verlies van eetlust en daarin werd geconcludeerd dat de misselijkheid van de patiënten met gemiddeld 20% verbeterde.

Uit het eerdergenoemde patiëntonderzoek uit 2005 bleek dat 93% van de hiv-positieve cannabisgebruikers na het roken subjectieve verbetering van de misselijkheid meldde. In een ander onderzoek uit 2005 werd ontdekt dat bij hiv-positieve patiënten die last van misselijkheid hadden, er een grotere kans was dat de cannabisgebruikers zich aan hun antiretrovirale therapie hielden dan degenen die geen cannabis gebruikten. Een patiënt die geen last van misselijkheid had, ging zich bij cannabisgebruik niet duidelijk beter aan de therapie houden. Dit duidt erop dat de opvolging van de therapie vergroot werd door de misselijkheidssymptomen te verbeteren.

3. Cannabis kan helpen om het humeur te verbeteren en kan als een antidepressivum werken

Angst, depressie en stemmingsstoornissen komen vaak voor bij hiv/aids en kunnen worden veroorzaakt door een combinatie van negatieve fysiologische, psychologische en sociale druk. Uit het patiëntonderzoek uit 2005 bleek dat bij 93% van de ondervraagden de angst na het gebruik van cannabis werd verlicht, terwijl 86% meldde dat ook hun depressie verminderde.

Een man die een smiley -emoji kiest en drukt tussen de neutrale en trieste

In het eerdergenoemde dubbelblinde onderzoek uit 2007 naar cannabis en dronabinol werd ontdekt dat beide stoffen de stemming van de ondervraagden verbeterden en een ‘goed drugseffect’ veroorzaakten, waardoor gevoelens van vriendschappelijkheid, stimulatie en zelfverzekerdheid toenamen. Interessant genoeg leek een lage dosis THC meer angst bij de proefpersonen op te wekken dan een hoge dosis THC of elke dosis dronabinol.

4. Cannabis gebruiken als pijnstiller

Hiv/aids kan hevige en slopende pijn veroorzaken, die ontstaat door verschillende complexe oorzaken, waaronder gewrichts-, zenuw- en spierpijn. Uit een transversaal onderzoek uit 2011 onder 296 sociaaleconomisch achtergestelde patiënten bleek dat 53,7% hevige pijn had, 38,1% gemiddelde pijn en 8,2% milde pijn. Meer dan de helft van de proefpersonen had een opioïde pijnstiller voorgeschreven gekregen. Hevigere pijn bleek ook samen te gaan met gevallen van depressie.

Opioïde pillen vielen uit de fles

Uit het patiëntonderzoek uit 2005 bleek dat cannabisgebruik bij 94% van de ondervraagden spierpijn verlichtte. 90% meldde ook verbetering bij neuropathie (zenuwpijn) en 85% bij paresthesie, een brandend, tintelend en prikkend gevoel.

Het feit dat cannabis aanzienlijke en langdurige subjectieve verlichting van chronische pijn bij hiv/aids-patiënten kan geven, is iets om te onthouden. Veiligere en mogelijk goedkopere medicijnen die bij achtergestelde groepen in plaats van opiaten zouden kunnen worden gebruikt, kunnen meerdere positieve gevolgen hebben, waaronder een afname van door opiaten veroorzaakte sterfgevallen en een grotere beschikbaarheid van medicijnen voor degenen die deze nodig hebben.

5. Cannabis kan perifere neuropathie verminderen

Een specifieke en bijzonder gangbare soort pijn bij hiv/aids is perifere neuropathie, waarbij een of meer zenuwen van het perifere zenuwstelsel, dus elk deel van het zenuwstelsel buiten de hersenen en het ruggenmerg, beschadigd raken en pijn, zenuwtrekken, paresthesie, spierverlies en een aangetaste coördinatie veroorzaken. Er is aangetoond dat de symptomen van perifere neuropathie bij hiv/aids en andere aandoeningen, zoals diabetes, door cannabis verminderd kunnen worden.

Naast de hierboven genoemde subjectieve meldingen over verminderde zenuwpijn en paresthesie is in verschillende andere onderzoeken het vermogen van cannabis om perifere neuropathie bij hiv/aids-patiënten te verminderen onderzocht.

Een vrouw knielt op een bed met buikpijn

In 2007 werd in de VS, Puerto Rico, Colombia en Taiwan een patiëntonderzoek gedaan, waaruit bleek dat 67 van de 450 patiënten met perifere neuropathie aangaven dat ze cannabis gebruikten om hun symptomen te verbeteren.

Uit een gerandomiseerd placebogecontroleerd onderzoek, dat ook in 2007 werd gepubliceerd, bleek dat bij 52% van de groep cannabisgebruikers de pijn met meer dan 30% was verminderd, terwijl dat in de controlegroep met slechts 24% was. Bovendien waren er geen ernstige bijwerkingen. De eerste joint die een cannabisgebruikende patiënt rookte, verminderde de chronische pijn met gemiddeld 72%, vergeleken met 15% in de placebogroep.

In 2009 bleek uit een dubbelblind, placebogecontroleerd cross-overonderzoek naar de werkzaamheid van cannabis bij de vermindering van polyneuropathie bij hiv dat van de 28 proefpersonen bij 46% van de mensen uit de cannabisgebruikende groep de neuropathie met meer dan 30% was verminderd, terwijl dit voor 18% van de controlegroep gold. Daarnaast bleek de stemming, het fysieke vermogen en de levenskwaliteit tijdens het onderzoek in vergelijkbare mate verbeterd te zijn.

  • Disclaimer:
    Dit artikel kan niet ter vervanging worden gebruikt voor professioneel medisch advies, een diagnose of behandeling. Neem altijd contact op met uw arts of andere bevoegde deskundigen. Stel het vragen van medisch advies niet uit en negeer medisch advies niet naar aanleiding van wat u heeft gelezen op deze website.

Comments

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Auteur en reviewer

  • Profile-image

    Sensi Seeds

    De redactie van Sensi Seeds bestaat uit botanici, medische en juridische experts, plus gerenommeerde activisten zoals Dr. Lester Grinspoon, Micha Knodt, Robert Connell Clarke, Maurice Veldman, Sebastian Marincolo, James Burton en Seshata.
    Meer over deze auteur
  • Sanjai_Sinha

    Sanjai Sinha

    Dr. Sanjai Sinha is lid van de academische faculteit van Weill Cornell Medicine in New York. Hij besteedt zijn tijd aan het zien van patiënten, het onderwijzen van co-assistenten en medische studenten en het doen van onderzoek naar gezondheidszorg. Hij houdt van patiënteducatie en evidence-based geneeskunde. Zijn sterke interesse voor medisch onderzoek komt voort uit deze passies.
    Meer over deze reviewer
Scroll naar top