Veel mensen kennen hem gewoon als Ben Dronkers’ oudste zoon. Voor anderen is Alan de man die verantwoordelijk is voor de fantastische cannabisgenetica van Sensi Seeds. Maar wie echt op de hoogte is, weet dat Alan Dronkers beide is, plus een gerespecteerd schrijver, allround cannabisdeskundige, enthousiaste leraar en buitengewoon leergierige geschiedenisstudent. Lees hier het interview met Alan Dronkers.
Ter gelegenheid van de 30e verjaardag van Sensi Seeds ontmoetten we Alan Dronkers in zijn huis in Thailand om te praten over de plant die ons allen bijeenbrengt: Cannabis Sativa L.
Hoi Alan, fijn je weer te zien! Kun je om te beginnen vertellen hoe jouw kennismaking met cannabis was?
Dat kan ik me nog heel goed herinneren. Ik was 8 of 9. Mijn vader nam me apart en zei dat hij hasj rookte en dat ik dat niet verder mocht vertellen.
“Dat mag je aan niemand vertellen”, zei hij.
Het eerste wat ik deed, was het natuurlijk meteen op school aan al mijn vriendjes vertellen. Ik weet nog dat ze vroegen wat dat was, hasj. Maar wist ik veel …
Wanneer rookte je voor het eerst cannabis?
Mijn eerste ervaring had ik op mijn 14e ongeveer. Ik was met mijn vader op reis door India en Pakistan. We stonden aan de rand van een meer in Kasjmir, een schitterende plek, tussen al die woonboten die gemaakt zijn van bewerkt hout. Het plaatje is gewoon adembenemend daar, met mensen die uit het raam hangen te vissen, anderen die op een paal zitten te vissen … Je werd daar steeds opnieuw verrast! Het deed me nog het meest denken aan een soort Disneyland. En daar deelde ik mijn eerste joint met mijn vader.
Een onvergetelijke ervaring!
Wat vond je toen je jong was van je vaders activiteiten?
Toen ik jong was, had mijn vader een kledingwinkel. Toen ik 14, 15 was, hield hij zich intensief bezig met het kweken van cannabis en een jaar later opende hij een coffeeshop in Rotterdam, Sensi Smile.
Voor hem was dat natuurlijk commercieel interessant, maar het idee erachter was dat er in Rotterdam nog geen coffeeshop was en dat hij vond dat iedereen in elke plaats cannabis moest kunnen kopen. In die tijd moest je nog helemaal naar Amsterdam voor een coffeeshop. Hij regelde dus gewoon een winkel en plakte een enorm wietblad op het winkelraam. Het gevolg was dat we in de twee jaar daarop zo’n zeventig keer gearresteerd werden.
Ik zat nog op school en na schooltijd ging ik altijd naar de winkel om te kijken of die nog open was of weer had moeten sluiten. Ik kan me herinneren dat de politie het wietblad van het raam kraste, er halverwege mee ophield, en vervolgens het hele raam wit kalkte, om maar te zorgen dat niemand het blad zou zien.
En wij zorgden dan gewoon dat de winkel zo snel mogelijk weer openging!
Wat betekent de plant voor jou?
Ik ben niet echt religieus. Wel spiritueel. En de plant is wat mij betreft beslist heilig.
Daar komt het wel op neer. Er is een documentaire van een dokter uit Sri Lanka over Boeddhistische geneeskunde waarin het goed wordt uitgelegd. Dit verband met het gewijde aspect van de plant zie je in veel religies, boeddhisme, katholicisme, shintoïsme…
Voor mij is dat een belangrijk aandachtspunt geworden. Ik herinner me dat ik voortdurend op mijn vader heb ingepraat omdat ik wilde dat hij elementen van diverse religies in het museum moest opnemen. Waarom? Omdat ik vind dat die daar thuishoren. Als het onderwerp in de belangstelling staat en mensen praten erover en de kranten schrijven erover, dan hoort het daar thuis. Mij werd gezegd dat het te controversieel was. Pfff! Het hele museum was controversieel!
Hoe reageerden de mensen op jullie activiteiten?
Als er één moment is dat me altijd bij zal blijven, dan is het de persconferentie die wel hielden ter gelegenheid van het boek Marihuana hennep, pleidooi voor mens en plant in 1992. Er kwamen veel journalisten op af uit nieuwsgierigheid. Ze wisten niet wat ze konden verwachten.
Mijn vader begon over de War on Drugs en hoe dit van invloed was op Nederland, wat op dat moment volstrekt uniek was. Niemand had het daar nog over. Toen vertelde hij over medicinaal gebruik van cannabis en je zag die journalisten denken: ‘die Ben heeft een beetje te veel van zijn eigen spul gerookt’. Toen hij vervolgens ging uitleggen hoe de productie van hennepzaad het hongerprobleem in de wereld mede kon helpen oplossen, dachten ze dat hij helemaal mesjogge geworden was!
In de artikelen die erover verschenen, werden we dan ook afgeschilderd als idioten, een stelletje wiet rokende mafkezen. Niemand schonk aandacht aan het boek, laat staan dat men het las. Ze negeerden ons volkomen en dat bleef behoorlijk zo. Iedereen had altijd kritiek op ons, in plaats van te zien dat we met iets goeds, iets constructiefs bezig waren.
Ik herinner me een van de journalisten die een denigrerend artikel schreef naar aanleiding van de persconferentie nog goed. Ik kwam hem tien jaar later tegen, samen met mijn vader, en hij moest flink wat toontjes lager zingen omdat we zijn ongelijk bewezen hadden!
Hoe hebben de dingen zich ontwikkeld sinds de jaren 90?
Pas sinds een paar jaar zien we dat voormalige ministers en andere vips ons komen opzoeken of dat bekende tijdschriften en kranten ons willen interviewen, zoals Het Financieele Dagblad. In een van die artikelen noemde een journalist mijn vader een visionair, een beetje zoals Henri Ford. Geweldig om te lezen! Zijn visie werd nu eindelijk erkend.
Tegenwoordig lees je veel over hennep in tijdschriften. Ze beschrijven het als iets nieuwe, iets revolutionairs. Laten we wel zijn: dat hebben ze aan ons te danken!
Ik herinner me al die nachten dat mijn vader en ik in de HempFlax-fabriek overnachtten omdat we druk bezig waren om oplossingen te bedenken voor de problemen waarmee we te maken hadden. Constant ideeën spuien en brainstormen. Die energie en hartstocht was de motor van de voortdurende verbeteringen en de reden dat HempFlax nu zo’n vooraanstaande positie inneemt.
Jij hebt een doorslaggevende rol gespeeld in de ontwikkeling van de genetica zoals we die nu kennen en waarderen. Hoe verliep je leercurve?
Jack Herer, Jack Flash, Black Domina, Juicy Fruit, Marley’s Collie, Mr. Nice, het zijn allemaal soorten waaraan ik heb gewerkt.
Gedurende de jaren heb ik met vele kwekers samengewerkt en ik heb enorm veel van ze geleerd. In het begin keek ik toe wanneer de tests werden gehouden en voor de verschillende kweekprojecten de keuzes werden gemaakt voor bepaalde planten. Ik zag het allemaal gebeuren en heb ervan geleerd zodat ik het kon toepassen op mijn eigen projecten.
Wat waren je belangrijkste doelen bij het ontwikkelen van de genetica?
Dat hangt helemaal af van de parameters die je wilt bereiken bij het kweken en met welk soort planten je kweekt.
Voor Sensi Seeds heb ik altijd gekeken naar bloemontwikkeling en harsontwikkeling. Voor HempFlax richtte ik me meer op vezelproductie of zaadproductie. Een goed voorbeeld is de Mexican Sativa. Die soort produceert een ongelofelijke hoeveelheid zaden! Daardoor is het een zeer interessante kandidaat voor het produceren van zaad voor voedingsdoeleinden.
Veel mensen zijn op de hoogte van jouw rol bij de ontwikkeling van de Sensi Seeds-genetica. Slechts weinigen zijn op de hoogte van hoeveel jij weet over cannabis in het algemeen en haar geschiedenis in het bijzonder. Hoe komt dat?
Veel mensen zien mij als ‘de kweker’ van Sensi Seeds, maar mijn hart ligt bij het informeren van mensen over cannabis. In 1990 verhuisde ik naar Amsterdam om bij de start van Sensi Seeds te helpen met de verkoop en ik voorzag mensen van informatie over kweken. Bij iedere klant die binnenkwam kostte het een half uur om alles te vertellen. Later kwamen we met een catalogus waarin al die informatie stond, over de lampen, voedingsstoffen enz.
Ik verkocht echter niet alleen de zaden. Ik reisde ook het land af op zoek naar informatie over hennep en de geschiedenis ervan. Dat zoeken naar informatie nam diverse jaren in beslag. Sterker nog, het is nooit opgehouden! We kregen wereldwijd hulp van allerlei mensen, zoals Chris Conrad en Mikki Norris. Hun werk wordt nog steeds tentoongesteld in het museum in Amsterdam.
In die dagen was niemand uit de cannabisgemeenschap bereid om met de pers te praten over zijn cannabisactiviteiten. Dat betekende dat als er iets in de krant gepubliceerd moest worden over cannabis, ze naar het museum kwamen. Feitelijk was het zo dat wie over cannabis wilde schrijven eerst naar het museum toekwam.
Dus moest je wel voortdurend op je tenen lopen en op de hoogte zijn van alle laatste ontwikkelingen op het gebied van cannabis om een verklaring af te kunnen leggen. Daardoor stonden mijn vader en ik vrijwel in permanent contact met elkaar om ons standpunt over bepaalde zaken te kunnen bepalen, te besluiten wat we tegen de media zouden zeggen en te beslissen op welke argumenten we onze mening baseerden. Meestal corrigeerden we de fouten in de artikelen, streken we glad wat oneffen was.
Eigenlijk waren we voortdurend bezig informatie naar buiten te brengen. Het was een buitengewoon inspirerende tijd!
Veel is sindsdien veranderd. Medicinale cannabis raakt langzaamaan geaccepteerd over de hele wereld en hennep is bezig aan een comeback. Wat is je mening over hoe de mensen cannabis op dit moment zien?
We zijn op dit moment getuige van een cultuuromslag. Een tijdje geleden hebben archeologen in Nederland een graf uit de bronstijd ontdekt. Daarin trof men sporen van hennep en henneppollen aan. 25 jaar geleden was zo’n detail niet bekendgemaakt in de pers. Archeologen zouden er niet eens op hebben gelet.
Vandaag de dag doen ze dat wel en hebben ze vastgesteld dat deze restanten waren gebruikt voor medicinale doeleinden. Archeologen zijn tegenwoordig bekend met de therapeutische toepassingen van cannabis. Nog maar tien jaar geleden was hiervan nog geen sprake!
De genetica van Sensi Seeds heeft in feite gediend als een bouwsteen voor de cannabisindustrie als geheel. Wat vind je hiervan?
Indertijd waren we rebellen die alles beter wilden maken. Onze inzet is altijd geweest om alles echt goed te doen en alles beter te maken voor cannabis en de gemeenschap als geheel, ondanks alle pogingen van de overheid om elke ontwikkeling op dit gebied de kop in te drukken.
Als je naar de video kijkt van de Cannabis Castle Tour die in de jaren 90 is gemaakt, dan zie je dat iedereen die erin voorkomt nu iets voorstelt in de cannabiswereld. Grote jongens in de Verenigde Staten. Al met al kunnen we trots zijn, zeer trots.
Tot slot een van onze meest gangbare vragen: wat is je favoriete Sensi Seeds-soort?
Jack Herer, geen twijfel mogelijk. En daarvoor NL#5xHaze.
SOCIALEMEDIAVRAGEN VOOR ALAN DRONKERS
Van Chris Thompson op Facebook
Wat is het belangrijkste aspect van kweken?
Goed selecteren en de juiste keuzes maken.
Je hebt een reeks parameters die je gebruikt om de resultaten te classificeren. Maar waar het uiteindelijk op neerkomt is erfelijkheid. Mendel heeft het allemaal al eens gezegd!!!
O ja, en een van de belangrijkste factoren: het juiste mannetje kiezen!
Naar welke kenmerken ben je op zoek als je een cultivar zoekt om te mee te kweken?
De parameters hangen af van welke richting je met het kweken op wilt en het soort plant waarmee je kweekt.
Voor Sensi Seeds hebben we altijd gekeken naar bloemontwikkeling en harsontwikkeling. Als een plant echt stonk, waren de terpenen niet geschikt voor onze doeleinden. Maar voor iemand anders kan dat anders liggen natuurlijk! Belangrijk zijn de parameters die jij kiest.
Zoek je nog naar landrassen (IBL) of haal je nog steeds materiaal uit de Sensi-kluizen?
Absoluut. We zoeken op dit moment nog steeds in Oost- en Centraal-Europa naar landrassen. Ik kan echter niet zeggen of die voor industriële of medicinale doeleinden zullen worden gebruikt.
Van Dave Hunt op Facebook
Favoriete binnen- en buitensoorten? Blijf ze maken, Alan!
Iedere cannabisplant die van zaad wordt gekweekt. Kweken met stekjes kan echt stomvervelend zijn, vind ik… Planten uit zaden kunnen je echt verrassen, kunnen je iets laten zien dat je nooit eerder hebt gezien, iets met potentie.
Hoe doet vroege Skunk het binnen?
Die gaat het echt goed doen!
Onze dank aan iedereen die de moeite heeft genomen om ons vragen te sturen en kijk uit naar onze volgende interview met Ravi Spaarenberg.
#growonsensi