De WGO heeft de resultaten onthuld van het rapport van 2018 met de evaluatie van de medicinale waarde van cannabis. Het was de eerste WGO-evaluatie hierover in meer dan 80 jaar. De VN heeft de conclusies ontvangen met het advies om CBD te herclassificeren in de lijst van verboden middelen en een verslag over de wetenschappelijke literatuur over deze plant.
Cannabis, tot nu toe een bijzonder geval voor de WGO
In 2017 kondigde de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) haar plannen aan om voor het eerst in 82 jaar een officiële evaluatie van de therapeutische waarde van cannabis op te stellen. Het was de eerste keer sinds het internationale cannabisverbod en bevatte alle belangrijke cannabisderivaten. In 2018 maakte de WHO deze resultaten bekend aan het publiek.
António Guterres, secretaris-generaal van de Verenigde Naties (VN), ontving op 23 juli 2018 de conclusies van het voorlopige onderzoek, die formeel “preview” wordt genoemd. Deze was uitgevoerd door de commissie van deskundigen die verantwoordelijk is voor deze belangrijke taak. Er wordt geadviseerd om de strenge internationale regelgeving voor het therapeutisch gebruik van cannabis te versoepelen. Dit is een mijlpaal en een noodzakelijke stap in de richting van de langverwachte en noodzakelijke herclassificatie van cannabis binnen de internationale verdragen inzake verdovende middelen.
Voorlopig is dit slechts één stap, de eerste stap die de WGO in meer dan acht decennia heeft gezet. Het zet dit gespecialiseerde VN -agentschap echter op het juiste spoor om een einde te maken aan de paradoxale (il-)legale situatie van cannabis op internationaal niveau. Om volksgezondheidskwesties op internationaal niveau te beheren en coördineren, moeten de aanbevelingen gebaseerd zijn op actuele wetenschappelijke gegevens. En dat was sinds de oprichting van dit internationale orgaan in 1949 voor cannabis nog niet gebeurd.
Wat wetenschappelijk bewijs ons vandaag de dag leert, volgens VN-deskundigen
De 40e vergadering van de WGO-deskundigencommissie inzake drugsverslaving (ECDD), vond plaats in juni 2018 in Genève, Zwitserland. Deze commissie bestaat uit deskundigen op gebieden als farmacologie, toxicologie, biochemie en klinische praktijken en heeft als missie om de therapeutische waarde van cannabis en zijn derivaten, uitsluitend op basis van wetenschappelijk bewijs, te beoordelen.
In de conclusies en adviezen die de deskundigen in de “pre-review” hebben geschreven, kwam het volgende naar voren:
- Het internationale drugsbestrijdingsverdrag zou niet van toepassing moeten zijn op producten die gemaakt zijn met pure cannabidiol (CBD), een van de belangrijkste actieve bestanddelen van cannabis die geen psychoactieve eigenschappen heeft. Daarom is het noodzakelijk om deze in de lijst van verboden middelen opnieuw te classificeren. De commissie erkent dat er geen enkel bewijs is van gevallen van misbruik, verslaving of problemen op het gebied van de volksgezondheid die verband houden met het gebruik of de consumptie van CBD.
- Voor wat betreft de cannabisplant erkent de Commissie dat er voldoende wetenschappelijk bewijs is dat aantoont dat er de wetenschappelijke literatuur over cannabis kritisch moet worden herbekeken. Dit heeft ook betrekking op hars, extracten en tincturen (ook die met een hoog CBD-gehalte) en op THC en THC-isomeren. Zij erkent dat de huidige classificatie niet in overeenstemming is met de inclusiecriteria van die lijst, aangezien de plant en de derivaten ervan niet onderhevig zijn aan misbruik en evenmin zulke gevaarlijke schadelijke gevolgen hebben als de andere middelen die zijn opgenomen in de categorieën I en IV.
De broodnodige CBD (her-) classificatie
Ook al is cannabidiol niet specifiek opgenomen in de VN-categorieën van verdovende middelen, cannabisextracten en -tincturen zijn dat wel, evenals CBD en andere cannabinoïdes. Opvallend is dat extracten en tincturen in categorie I staan, samen met stoffen als cocaïne, heroïne, methadon, morfine en opium.
Categorie I is bedoeld voor stoffen met verslavende eigenschappen die een ernstig risico voor de volksgezondheid inhouden. Ondanks deze classificatie hebben zowel klinisch en wetenschappelijk onderzoek, als de medische praktijk al jaren aangetoond dat er een overvloed aan therapeutische toepassingen van cannabis is. Hieronder valt ook het medicinaal gebruik van CBD, THC en andere cannabinoïdes.
Als een stof niet in een van de VN-categorieën voor verdovende middelen is opgenomen, wordt ervan uitgegaan dat de productie en verstrekking ervan niet aan strenge internationale controles zijn onderworpen. Elk land zou daarentegen moeten beslissen over zijn legale status. Concreet gezien laat het in het geval van CBD zien dat de maatschappij vaak een voorsprong heeft op wetgevers en wereldwijde gezondheidsdiensten. Veel landen hebben de medicinale waarde ervan al officieel erkend (Nederland, Zwitserland, de VS, enz.) of hebben het gebruik ervan, dankzij het werk van lobbyisten, al op een bepaalde manier gelegaliseerd.
Het belang van de herclassificatie van CBD ligt in het feit dat veel patiënten toegang tot CBD nodig hebben en verdienen voor de behandeling van een hele reeks ziekten en aandoeningen. Over het algemeen zijn deze aandoeningen resistent voor conventionele behandelingen en hebben de patiënten een doeltreffend alternatief nodig. Door de huidige wettelijke status van cannabis hebben veel van deze patiënten echter geen toegang tot CBD-producten. Afhankelijk van de geografische locatie waar iemand zich bevindt, kan het volstrekt illegaal zijn om CBD en andere cannabisderivaten aan te schaffen.
De WGO onderschrijft daarom haar eerdere conclusies en omschrijft CBD als een cannabinoïde met een laag risico. De WGO erkent dat het voordelen voor de gezondheid biedt en beveelt daarom aan dat het niet wordt opgenomen in een van de bovengenoemde categorieën of lijsten.
Hoe zit het met de rest van de cannabisplant?
De WGO is eindelijk tot de conclusie gekomen dat er voldoende wetenschappelijk bewijs is om de VN aan te bevelen cannabis kritisch te bekijken. Hierbij moet rekening worden gehouden met de cannabisplant en de afgeleiden daarvan, zoals hars, extracten, tincturen, THC en THC-isomeren.
Sinds 1961 staat cannabis nog steeds in de categorieën I en IV, die zijn voorbehouden aan de meest schadelijke en gevaarlijke verdovende middelen die geen of weinig medicinale waarde hebben. De WGO beschikte niet over wetenschappelijk bewijs dat het totale gebrek aan therapeutische waard bevestigt. Gek genoeg hadden de internationale verdragen dat ook niet. Uiteindelijk heeft de WGO officieel erkend dat er wetenschappelijke bewijzen zijn die het tegendeel bewijzen.
In dit nieuwe document erkent de Commissie dat er geen enkel bewijs is van sterfgevallen als gevolg van een overdosis cannabis en beschrijft zij het als een “relatief veilig middel”. Het verwijst ook naar de “grote hoeveelheid preklinische literatuur” waaruit blijkt dat cannabinoïden “de proliferatie van kankercellen verminderen” en ” migratie en angiogenese van kankercellen in tal van soorten kankercellen” afremmen”.
Evenzo bevestigt het rapport het bestaan van voldoende wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van behandelingen op basis van cannabis voor onder meer de volgende ziekten en symptomen:
- Stimulering van de eetlust
- Chronische pijn
- Epilepsie
- Neuropathische pijn
- Opiaatverslaving
- Posttraumatische stressstoornis en
- Slaapstoornissen
De WGO moet eraan herinnerd worden dat het gebrek aan voorafgaand medisch onderzoek naar de potentiële voor- of nadelen van cannabis belemmerd is door de strenge irrationele regelgeving die van toepassing is op de stoffen die in categorie 1 zijn opgenomen. Volgens de ECDD-preview is er weliswaar sprake van “negatieve”, maar milde effecten, en ondanks het feit dat cannabis fysieke afhankelijkheid kan veroorzaken, is de huidige classificatie van cannabis in internationale verdragen “mogelijk niet in overeenstemming met de criteria” voor opname in die categorie.
Op de goede weg, maar er moeten nog stappen worden genomen
De 41e vergadering van de commissie van deskundigen vond plaats tussen 12 en 16 november 2018. De kritische evaluatie van de WGO over cannabis werd besproken door de commissie van deskundigen voor de mogelijke herclassificatie van cannabis, de actieve bestanddelen en de derivaten ervan. Tenslotte heeft de VN-Commissie voor verdovende middelen in maart 2019 de aanbevelingen van de WHO herzien. De VN zou opnieuw een 62e reguliere zitting houden om gevolg te geven aan het ontwerpbesluit, maar besloot om de stemming over de WGO-aanbevelingen uit te stellen.
Er lijkt meer reden dan ooit om optimistisch te zijn. De WGO heeft officieel erkend dat CBD medicinale voordelen heeft voor de gezondheid en geeft toe dat er voldoende wetenschappelijk bewijs bestaat om aan te tonen dat dit ook voor de cannabisplant in zijn geheel zou kunnen gelden. Nog meer reden tot optimisme is het feit dat de secretaris-generaal van de VN de premier van Portugal was, omdat dat land het gebruik en bezit van alle drugs heeft gedecriminaliseerd, een beleid dat internationaal wordt geprezen als een succes.
De laatste kritische evaluatie door de WGO adviseert de VN om cannabis uit de strenge classificatie te halen. Als de VN, die de macht heeft om de internationale controle te versterken of te versoepelen, zou besluiten om de huidige status van cannabis binnen de internationale wetgeving te veranderen door deze te herclassificeren, dan zou het de lidstaten de vrijheid geven om hun eigen hervormingsinspanningen door te drukken. De wereld kijkt reikhalzend uit naar de beslissing van de VN in de hoop vooruitgang te boeken op de weg naar legalisatie van cannabis in de VN-landen.
- Disclaimer:Hoewel alle moeite is gedaan om ervoor te zorgen dat dit artikel accuraat is, is het niet bedoeld om wettelijk advies te verzorgen. Individuele situaties zullen altijd verschillen en moeten worden besproken met een expert en/of advocaat.